De website van Ortho Gent maakt gebruik van cookies.   
Meer info   AKKOORD

Heupfractuur.

INLEIDING

Een heupfractuur is een breuk van het bovenbeen (dijbeen) in de heup. Dit is een vaak voorkomende breuk die een grote impact heeft op de patiënt. De breuk komt 17000 keer voor per jaar in België.

Heupfracturen komen meestal voor bij oudere patiënten. Het is een levensbedreigende aandoening. Vaak wordt een heupfractuur gezien als een verdere achteruitgang van de algemene toestand. Dit zorgt er voor dat slechts 1 op 5 patiënten terug naar huis gaat na behandeling van een heupfractuur.

KLACHTEN

Een heupfractuur is steeds het gevolg van een val. Dit kan vaak een banale val zijn, bijv. val over een tapijt. Na deze val is er veel pijn en kan er niet meer gestapt worden. De voet is naar buiten gedraait en het ene been lijkt korter dan het andere

ONDERZOEKEN

Via de dienst spoedgevallen wordt steeds een Rx (foto) gemaakt van het bekken en de heup. Op basis van deze Rx kan er bepaald worden om welk type heupfractuur het gaat. In zeldzame gevallen is het nodig om een bijkomende CT-scan te maken.

BEHANDELING

De behandeling is steeds chirurgisch. Afhankelijk van het type breuk en de leeftijd van de patiënt zal er gekozen worden voor een herstel van de breuk (osteosynthese) of een vervanging van het heupgewricht door middel van een prothese (arthroplastie).

Soorten heupfracturen en de behandeling
Pertrochantaire fractuur

Het eerste type breuk is een pertrochantaire heupfractuur. Bij dit type breuk kiest men steeds voor een herstel (osteosynthese). Dit omdat de breuk een goed genezingspotentieel heeft. Een prothese is minder geschikt voor dit type breuk.

pertrochantaire heupfractuurPertrochantaire fractuur

pertrochantaire heupfractuur behandeling

Het herstel wordt meestal uitgevoerd met een heupnagel. Hierdoor wordt een stabiele fixatie bekomen. In de meeste gevallen mag onmiddellijk na de operatie op het geopereerde been gesteund worden.

Subcapitale fractuur

Het tweede type breuk is de subcapitale heupfractuur. Bij dit type breuk zijn er verschillende mogelijke behandelingen. Of men kiest voor een herstel of voor een prothese hangt af van een aantal factoren.

  1. Leeftijd
  2. Aanwezigheid van artrose (slijtage)
  3. Verplaatsing van de breuk
  4. Medische voorgeschiedenis

Deze 4 factoren bepalen het helingspotenieel ofwel de kans dat de breuk zal vastgroeien. Bij een goed helingspotenieel zal er voor een herstel gekozen worden en bij een slecht helingspotentieel voor een prothese.

 

subcapitale heupfractuurSubcapitale fractuur

subcapitale heupfractuur osteosyntheseSubcapitale heupfractuur met goed helingspotentieel behandeld met osteosynthese.

subcapitale heupfractuur protheseSubcapitale heupfractuur met slecht helingspotentieel behandeld met prothese.

REVALIDATIE EN POSTOPERATIEVE ZORGEN

Omdat een heupfractuur een impact heeft op de volledige patiënt en dit er vaak voor zorgt dat de patiënt algemeen achteruitgaat, worden patiënten boven 75j opgenomen op de dienst Ortho-Geriatrie. Jonge en fitte patiënten komen terecht op de orthopedische afdeling.

Op de Ortho-Geriatrische afdeling wordt de patiënt medisch volledig op punt gesteld en wordt gekeken hoeveel hulp de patiënt nodig heeft om terug naar huis te keren. Op deze afdeling worden de eerste stappen van de revalidatie gezet, welke dan verder gezet worden eens de patiënt het ziekenhuis verlaten heeft.

De revalidatie en herstel hangt af van de algemene toestand van de patiënt voor de val, het type breuk en van de gekozen behandeling. Over het algemeen zal een patiënt behandeld met een prothese wat sneller revalideren dan wanneer er gekozen werd voor een osteosynthese (herstel). Dit komt doordat het dijbeen bij een osteosynthese nog moet vastgroeien. Wanneer een prothese geplaatst wordt, bestaat het herstel vooral uit genezen van de weke delen (spieren, pezen, ligamenten,..).

Er wordt naar gestreefd om de patiënt zo veel mogelijk volledig te laten steunen. In bepaalde gevallen is dit echter niet aangewezen. Hoeveel u mag steunen zal steeds meegedeeld worden na de operatie. Het stappen met beperkte of volledige steun zal tijdens de opname ook ingeoefend worden met de kinesist en de ergotherapeut.

2 weken na de operatie kunnen de hechtingen of haakjes verwijderd worden door de huisarts. Op 6 weken na de ingreep wordt een nieuwe Rx (foto) gemaakt op de dienst medische beeldvorming straat 21 met aansluitend een consultatie bij de orthopedisch chirurg op straat 24. Deze afspraak wordt meegegeven bij het ontslag uit het ziekenhuis.

Meer info over aandoeningen van de heup.

 vorige      print

Contact

  Campus Sint-Lucas
Groenebriel 1
9000 Gent

  GPS: Vogelenzangpark
  09 224 65 90
  www.ortho.gent